Menu
Blogs

Ode aan een monster

Het verwerpelijke gedrag bestaat uit ongegeneerd gesnurk en het heel geniepig verspreiden van ondraaglijke stinkende geuren, nog het meest vergelijkbaar met een putlucht. Vooral wanneer ik ’s avonds met mijn gezin lekker hangend op de bank probeer te relaxen na een lange werkdag, heeft het Monster hier een handje van. En dacht ik eindelijk af te zijn van kleine plakkerige kinderhandjes die overal in huis plekken achterlaten of van dikke profielzolen vol zand, gras, modder -of erger- poep, sinds het Monster bij ons inwoont, komt het vuil alsnog driedubbel binnen. Dat is extra deprimerend aangezien ons huis best groot is en veel ramen en glazen balustrades heeft. Regelmatig bespeur ik dan ook zwaar ontsierende, ondefinieerbare plekken op het glaswerk. Tel daarbij op 4 trappen (oftewel 48! treden) die direct of indirect vies worden, dan snap je dat ik bijna wanhopig probeer van huishoudelijk werk een passie te maken. Maar ja, dat lukt dan natuurlijk weer niet, want zoals ik in een eerdere column al aangaf, ik heb er nogal moeite mee om een passie te vinden.

Ik vergeet trouwens bijna de meest ergerlijke eigenschap te noemen: het werkelijk o-ver-al achterlaten van harige sporen. Toegegeven, ook ik en de andere bewoners van ons huis hebben allemaal (veel) haar, maar het Monster spant de kroon. Soms is het zo erg dat ik letterlijk de witte wolken door het huis zie dwarrelen. En als ik nu afspraken kon maken met het Monster om het vuil te minimaliseren … Ik probeer het vaak genoeg. Dan spreek ik haar toe (we hebben hier te maken met een vrouwelijk monster) en vraag bijvoorbeeld of ze buiten haar haren uitschudt of dat ze het volgende keer laat om door de paardenpoep te rollen. Dan werpt ze me een onschuldige blik toe en lukt het me niet om boos te zijn. Wat ook vaak gebeurt is dat ze, terwijl ik aan het koken ben, met haar grote logge lijf precies voor het fornuis of de lades waar ik bij moet zijn gaat liggen. Het zal niet de eerste keer zijn dat ik me bijna een ongeluk val, omdat ik haar over het hoofd zie.

Ik ken eigenlijk niemand die blij is als ik terugkom na 10 minuten.

Wat ik wel moet toegeven, ze is er altijd voor me. Dat dan weer wel. Overal waar ik naar toe loop, naar de keuken, de tuin in, of de trap op naar onze woonkamer, ze volgt me. Ze houdt me gezelschap. Ongevraagd. En als ik even weg ben, staat ze alweer op me te wachten bij de voordeur en dan is ze oprecht blij. Ik ken eigenlijk niemand die blij is als ik terugkom na 10 minuten. Ik ken ook niemand die mijn voeten vrijwillig warm houdt door erop te gaan liggen.

Nu ik erover nadenk, ook haar onbevangenheid en enthousiasme zijn onnavolgbaar. Af en toe is het heel vermoeiend, maar vaak is het eerlijk gezegd ook wel fijn om zo’n blij levendig wezen om me heen te hebben. Het werkt bevrijdend, opbeurend en troostend. Geen enkel ander levend wezen kan mij dan ook zo gek krijgen om dagelijks, door weer en wind, mee te gaan wandelen. Als het even kan naar het bos, want het Monster heeft veel beweging nodig. Da’s ook goed nieuws voor mij, want zo kom ik tot rust én ben gezond bezig. Alles bij elkaar genomen brengt dit Monster me naast veel viezigheid eigenlijk vooral heel veel goeds.

Monsters echte naam is trouwens Balou. Maar ik noem haar naast Monster en Balou ook Koekje, Smeerkees, Witte Donder, Eigenwijze Drol, Showhond en Dom Blondje. Rare woordjes die mensen alleen gebruiken als er liefde in het spel is.

BEST ENG, DAT IK ZOVEEL LIEFDE VOOR EEN MONSTER ERVAAR
Bekijk ook